Gilles de mareschal
Fritzi wordt Frederike
Het summum van roem is als je alleen een voornaam bent geworden – zonder achternaam weet iedereen al om wie het gaat. Het overkwam de dichteres en kunstenares F. Harmsen van Beek. Toen zij in debuteerde met de dichtbundel Geachte Muizenpoot en achttien andere gedichten stond zij al bekend als ‘Fritzi’, de koosnaam uit haar jeugd. Die bekendheid droeg er ongetwijfeld toe bij dat haar bundel meteen als ‘overrompelend’, ‘uniek’ en ‘voorbeeldig’ werd ontvangen en de dichteres op één lijn werd geplaatst met Leo Vroman en Lucebert.
Maar haar roem maakte ook dat er naar aanleiding van haar debuut een biografisch stuk over haar verscheen in de Haagse Post, van de hand van Betty van Garrel, waarin vooral cafépraat van haar broer Hein en andere bekenden over haar werd opgetekend. Ze werd geportretteerd als de kasteelvrouw van een ‘in deplorabele staat verkerend’ landgoed in het Gooi, waar ze ‘haar bohemienne levensstijl pleegt te etaleren’. De toon van het stuk was badinerend, er werd gerept van de ‘huisvlijt’ die ‘Fritzi’ bedreef, de woeste feesten waar ze het middelpunt van was en de drank die ze ‘veel te veel gebruikt’.
Met het verhaal in de Haagse Post, waaraan Harmsen van Beek zelf weigerde mee te werken (‘Ik voel er niets voor om mijn privéleven
Lezen over levens: Hemelse mevrouw Frederike: biografie van F. Harmsen van Beek [] Maaike Meijer
Dichteres tegen wil en dank
‘Levend van voeten tot hoofd met een eendere intensiteit en zonder zweem van pretentie en een ongenadige behoefte om dingen te herkennen: daar haar geluk in vindend, tegenover het diepe ongeluk van zelf vaak niet herkend te worden als dichteres, vrouw of überhaupt een geheel buiten haar wil uniek mens.’
Deze woorden van Anton Koolhaas koos Maaike Meijer als tweede motto voor haar Hemelse mevrouw Frederike: biografie van F. Harmsen van Beek []. Samen met het gedicht Het distelzaad van Ida Gerhardt het eerste motto dat over ongewenst zijn gaat, vatten deze woorden de tragiek die schuilgaat achter het leven van Frederike ten Harmsen van der Beek en het werk dat daaruit ontsproot samen.
De Frederike die Maaike Meijer in haar biografie portretteert, verschilt wezenlijk van de ‘Fritzi’ die de meeste mensen van horen zeggen menen te kennen.
En daar is het Maaike Meijer om te doen: ze wil in Hemelse mevrouw Frederike niet alleen laten zien hoe het leven en het werk van haar biografeling samenhangen, maar ook het gevestigde beeld van de multikunstenaar tegenspreken en het proces van mythevorming ontleden. Bovendien wil Maaike Meijer af va
Harmsen van Beek, Fritzi
Frederike Martine ten Harmsen van der Beek, Nederlands dichteres, verhalenschrijfster en illustratrice (Blaricum ). Fritzi ten Harmsen van der Beek stamt uit een gezin van kunstenaars. Zowel haar vader als haar moeder schreven voor kinderen en waren werkzaam als illustrator. Beiden maakten deel uit van de Amsterdamse, Blaricumse en Larense kunstenaarskringen. Na het overlijden van haar ouders woonde Ten Harmsen van der Beek enige jaren in Frankrijk, waar ze het werk van Henri Michaux leerde kennen. Ze had affiniteit met het onconventionele, absurde en springerige werk van Michaux, van wie ze ‘Plume’ vertaalde (opgenomen in: Henri Michaux, Verschijningen, ).
In debuteerde Ten Harmsen van der Beek met de dichtbundel Geachte Muizenpoot en achttien andere gedichten, waarvan een groot aantal gedichten eerder in Tirade was gepubliceerd. De bundel had onmiddellijk groot succes en bereikte een (zeker voor poëzie) ongekend groot publiek. De bundel ontstond in een periode waarin sprake was van verzet tegen elke vorm van hiërarchie en bestrijding van bestaande mythes in kunst, politiek en filosofie. Dat maakt deze poëzie ondogmatisch en subversief en dat uit zich in een speels en grillig taalgebruik, vol onverwachte wendingen en
Beek, Frederike Martine ten Harmsen van der ()
© DVN, een project van Huygens ING en OGC (UU). Bronvermelding: Kees Kuiken, Beek, Frederike Martine ten Harmsen van der, in: Digitaal Vrouwenlexicon van Nederland. URL: [04/11/]
BEEK, Frederike Martine ten HARMSEN van der, ook bekend als F. Harmsen van Beek (geb. Blaricum – gest. Groningen ), schrijfster, dichteres en tekenares. Dochter van Eelco Martinus ten Harmsen van der Beek (), illustrator, en Johanna Frederika Langeler (), tekenares en tekstschrijfster. Fritzi ten Harmsen van der Beek trouwde (1) op in Blaricum met Eric de Mareschal (geb. ), geoloog; (2) op in Blaricum met Remco Wouter Campert (geb. ), dichter en schrijver. Van tot had ze een verhouding met Peter Vos (), tekenaar. Uit huwelijk (1), dat in juni werd ontbonden, werd 1 zoon geboren. Huwelijk (2), dat in april werd ontbonden, bleef kinderloos.
Frederike (Frédérique, Fritzi) ten Harmsen van der Beek en haar broer Hendrik (), kinderen van het even succesvolle als drukbezette tekenaarsechtpaar Eelco (ten) Harmsen van (der) Beek en Freddie Langeler, werden in Blaricum opgevoed door hun grootmoeder Geertrui Langeler-van der Mark. Fritzi bezocht achtereenvolgens het Nieuwe Lyceum in Hilversum en de Rijksnormaalschool voor Tekenonde
Frederike Harmsen van Beek
van is de biografie van F. Harmsen van Beek []. Frederike, Fritzi voor intimi maar dat ligt gevoelig, was dichter, schrijver, journalist, kunstenaar en illustrator. Ze liet geen groot (geschreven) oeuvre na, maar wel een opmerkelijk oeuvre. Ik ga het u toelichten.
Frederike groeide op in Blaricum als kind van twee illustratoren in Blaricum. Haar vader tekende de beroemde Flipje-reeks en Frederike hielp vaak mee om deze in te kleuren. Ze woonde een paar jaar in Frankrijk en leerde daar Eric de Mareschal kennen waarmee ze zoon Gilles kreeg. Ze keerde alleen met Gilles terug naar Nederland en de vader verdween uit beeld. Ze kon terecht in een grote Blaricumse villa, Jagtlust, waar ze als huismeester werd aangesteld.
Die villa wordt het middelpunt van een ogenschijnlijk hedonistisch universum. Dat wordt gevoed door het boek Jagtlust van Annejet van der Zijl en geschriften van Gerard Reve. Biografe Maaike Meijer ontkent dit niet in dit boek maar brengt wel de nodige nuance aan. Feit is dat de villa wel een ontmoetingsplaats werd voor verschillende Nederlandse kunstenaars. Remco Campert kwam er en trouwde later met Frederike. Ook Cees Nooteboom, een schrijver van eenentwintig jaar, was present;
Het was daar op Jagtlust een fantastische chaos. E